- ervoor
- {{ervoor}}{{/term}}1 [voor het genoemde/bedoelde] in front (of it 〈enkelvoud〉 /them 〈meervoud〉 )2 [voor het genoemde in volg-/rangorde] before (it)3 [met betrekking tot een bestemming/oorzaak; ten behoeve van] for it4 [pro] for it ⇒ in favour (of it)5 [in de plaats van] for it 〈enkelvoud〉 /them 〈meervoud〉 ⇒ instead (of it 〈enkelvoud〉 /them 〈meervoud〉)♦voorbeelden:2 dat was ervoor, niet erna • that was before, not after(wards)3 hij heeft geen gevoel ervoor • 〈geen gevoelsvermogen bezittend〉 he has no feeling for it; 〈niet ontvankelijk〉 he is not sensitive to itdat dient ervoor om … • that is for …, that serves to …hij moet ervoor boeten • he will pay for it/thishij streed ervoor om hun lot te verbeteren • he strove to improve their lotervoor zorgen dat … • see to it that …4 ik ben ervoor • I am in favour of it5 ervoor doorgaan • pass for (something else)het ervoor houden • take it for (something else)wat krijg ik ervoor? • what will I get for it?¶ er alleen voor staan • be on one's ownzoals de zaken ervoor staan • as things stand
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels. 2015.